Het beloofde een tropische dag te worden waarbij de temperatuur op kon lopen tot boven de 30 graden, persoonlijk vind ik koud weer een stuk aangenamer maar je hebt het weer niet voor het kiezen. Ik was om 5:30 al op de heide zodat ik van de mooie zonsopkomst kon genieten. (zonopkomst 5:46)
Ik had eerder deze week verse sporen van een das gevonden, in de hoop nog wat verse sporen waar te nemen ben ik weer naar dezelfde plek gegaan. Helaas geen nieuwe verse sporen gevonden, ik denk ook niet dat de das zich huisvest midden op het militair oefenterrein. Dassen zijn namelijk erg schuw en kiezen de locatie voor hun burcht uiterst zorgvuldig.
Links sporen van een das en rechts een groene kikker in een vennetje op de heide.
Verse sporen van reeën in overvloed ik besluit een spoor een stuk te volgen. Het volgen van een spoor noemen we ook wel tracking, doel is proberen de maker van het spoor waar te nemen. Het reeën spoor volg ik voor een kleine 100 meter door het zand waarna het in het bos verdwijnt. In het bos is het lastig op pootafdrukken te vinden maar het deels platgetrapte gras verraad de route van het dier, ik volg het platgetrapte gras en na 75 meter leid het spoor weer uit het bos en vind ik weer prenten.
Ik volg het spoor nog een eindje tot het weer in een bos verdwijnt. Inmiddels is het 07:00 en al bijna 20 graden, de hoogste tijd om een kop thee te zetten maar eerst op zoek naar een mooi plekje waar ik beschut zit en toch overzicht over de heide en zandvlaktes heb.
Midden in de zandvlakte van het stuifzandgebied staat een mooie vliegden, het water voor de thee breng ik aan de kook met een spiritusbrander. Een spiritusbrander is stil en in deze tijd met kans op natuurbranden veiliger dan een houtvuurtje.
Koken op spiritus vergt geduld, maar dit is een mooie gelegenheid om met mijn rug tegen de den te gaan zitten en met de verrekijker de omgeving af te speuren naar dieren.
Na enige tijd kookt het water en kan ik hier thee van zetten, met een kop thee in mijn hand blijf ik nog even de omgeving in de gaten houden.
Nadat ik de thee heb opgedronken is het weer tijd om verder te trekken, ik loop vaak dwars door het bos en volg sporen en dan let ik niet altijd op waar ik precies ben.
Voordat ik een gebied bezoek heb ik de stafkaart al bestudeerd en weet ik waar de markante terrein kenmerken zich bevinden. Dit zijn bijvoorbeeld hoofdwegen, kanalen en hoogspanningsmasten.
In mijn geval weet ik dat ik me ergens ten Zuiden van een verbindingsweg bevind, die van Oost naar West loopt. Om weer terug bij de parkeerplaats te komen kan ik gebruik maken van de zon welke om 06:00 (wintertijd) zich altijd in het Oosten bevindt, de zon verplaats zich ieder uur 15 graden met de de klok mee. Om 12:00 (wintertijd) staat de zon in het Zuiden en om 18:00 (wintertijd) staat de zon in het Westen.
Als dit allemaal te ingewikkeld is kun je natuurlijk ook gebruik maken van een polskompas, welke ik vaak bij heb als reservekompas.
De grond is nog overal erg drassig en er staan overal plassen water. Al dat water trekt ook muggen aan die hier hun eitjes in leggen, voor de vele kikkers is dit een waar walhalla. Als je last hebt van muggen kun je aan de rand van het bos zoeken naar Duizendblad wrijf met deze geneeskrachtige plant de onbedekt huid in en je zult minder last van muggen hebben.
Inmiddels was de tocht weer ten einde en ik kijk alweer uit naar de volgende tocht.
(c) 2024 Delaatstewoudloper.nl