Vanaf Nijmegen aan de Zuidzijde van de Waal naar het het Oosten tot aan Duitsland ligt de Ooijpolder, dit gebied maakt deel uit van Natura 2000 gebied de Gelderse poort. Al vrij snel kwamen we aan de rand van het wilgenbos een kudde konikpaarden tegen, dit half wild paardenras vind zijn oorsprong in Polen en WitRusland. De paardjes begrazen de weide en houden het gras kort, op de plaatsen waar de uitwerpselen liggen grazen de paarden niet. Hierdoor kan hier een unieke flora en fauna ontstaan.
Via een stukje moerasbos liepen we door het polderlandschap de planten die we hier tegenkwamen zijn Kaardebol, late guldenroede, boeren wormkruid, eenstijlige meidoorn en hondsroos.
Hierboven het plantje wilde peen, directe familie van de bekende bospeen. Het is een tweejarige plant met een penwortel. De eerste jaar ontwikkelt de wortel zich met een beetje loof, het tweede jaar ontwikkeld de plant zich verder en komt deze in bloei. Wilde peen kun je in zijn tweede jaar oogsten in de wintermaanden, voordat de plant zich verder ontwikkelt.
Eenmaal aangekomen op het zandstrand langs de Waal vonden we veel loopsporen van bevers, de sporen in verschillende afmetingen dus er zitten ook een aantal jonge bevers.
Ga je op trektocht door de natuur dan kun je natuurlijk niet voor een langere tijd voedsel met je mee zeulen, het voordeel van door een rivierengebied reizen is dat je voldoende drinkwater tot je beschikking hebt en dat je met een eenvoudige vishengel je eigen voedsel kunt vangen. Let er wel op dat je de benodigde visvergunningen hebt om ook daadwerkelijk vis te mogen vangen.
Vissen met een fuik, in Nederland is het voor sportvissers niet toegestaan om met een fuik rivierkreeften te vangen. Daarom alleen een demonstratie van hoe je een fuik zou kunnen plaatsen.
Verwijder de schroefdeksel en stop aas zoals slachtafval van vis of hondenbrokken in de fuik en schroef de deksel dicht.
Plaats de fuik in het water bijvoorbeeld tussen de stenen, plaats een steen bovenop de fuik zodat deze op zijn plek blijft liggen. Zorg ervoor dat de fuik in zijn geheel onder water blijft liggen. Laat de fuik een hele nacht liggen voordat je controleert of je iets hebt gevangen. Krabben, kreeften en kleine visjes komen op de geur van het aas af en wringen zich door de ingang, omdat ze niet terug naar buiten kunnen zullen ze in de fuik blijven zitten totdat je ze bevrijdt.
In Nederland mag je niet met een fuik vissen dus dien je vis te vangen met een hengel, ik heb een klein telescoop werphengeltje wat uitgeschoven een lengte heeft van 1,80 meter. Je kunt vis vangen met levend aas zoals pieren, maden en andere insectenlarven welke je in de grond of rottend hout kunt vinden. Daarnaast kun je ook vissen met kunstaas er zijn tegenwoordig allerlei varianten in de handel verkrijgbaar, het type en de grote van het aas bepaalt in veel gevallen welke vis je kunt vangen.
Nadat we even rustig gevist hadden was het tijd om weer richting huis te gaan, op de terugweg kwam ik in de polder zeepkruid Saponaria officinalis tegen. De plant bevat saponinen een natuurlijke zeepstof die al eeuwen gebruikt werd om huid, haren en kleding te reinigen. De meeste zeepstoffen bevinden zich in de wortels van de plant. Maar omdat ik de plant niet onherstelbaar wil beschadigen gebruik ik alleen de bloemen en de bladeren.
Pluk wat bloemen en bladeren en knijp deze fijn, voeg een beetje water toe. Je merkt dat het zeepkruid begint te schuimen. Was je handen met het zeep en spoel je handen met water schoon. Een woudloper is niet primitief ;).
We kwamen ook nog een kudde Galloway runderen tegen dit is een zwart behaard runderras wat zijn oorsprong vind in Schotland.
Al verschillende malen heb ik de loopsporen van een pad laten zien, vandaag kwamen we dan eindelijke mooie afdrukken van een kikker in het zand tegen, padden lopen en kikkers springen. Op de rechterfoto afdrukken van een rund in het grind. Paarden hebben één hoef en runderen zijn evenhoevig.
(c) 2025 www.delaatstewoudloper.nl