Zoek lange brandnetels en bij voorkeur die een rode stengel hebben. Van brandnetels met een rode stengel kun je sterker touw maken. Als je handschoenen bij je hebt draag ze dan en snij de stengel vlak boven de grond af.

Nu je je handschoenen nog aan hebt verwijder je alle bladeren van de stengel.

Verpletter de stengel van de brandnetel zodat de vezels los van de merg komen te zitten. Doe dit door de brandnetel stevig op het heft van je mes te drukken. Je kunt ze ook op een steen verpletteren door er met een andere steen op te slaan. Doe dit dan met een ronde steen zodat je de vezels niet beschadigd.

Nu je de vezels los van de merg gemaakt hebt kun je ze van elkaar scheiden. Dit doe je door de stengel te breken en de vezels voorzichtig van de merg te verwijderen. Je kunt de vezels nu direct gebruiken om er iets mee vast te binden. Als je touw van deze vezels wilt maken is het verstandig deze te laten drogen alvorens met de volgende stap verder te gaan.

Neem een aantal vezels en vouw ze middendoor.

Draai de vezels nu in elkaar, doe dit door ze bij het dubbelgevouwen gedeelte vast te houden en ze met uw hand over de broek heen te wrijven. Doe dit in één richting.

Doe dit over de hele lengte van de vezels en als u ziet dat de vezels dunner worden voegt u er weer een aantal vezels aan toe en gaat u verder met het ineen draaien. Er vormt zich zo een dun touw. U kunt dit touw zo lang maken als u zelf wilt. Als u een dikker touw wilt maken vlecht u drie van deze dunnere touwtjes in elkaar. Herhaal dit proces tot u een touw heeft met de gewenste dikte